Modern onderwijs vraagt om in te zetten op 21ste-eeuwse vaardigheden.

De 21ste eeuw definieert zich vooral in de digitalisering, die als een sneltrein door ons dagelijks leven rijdt. Overal is het gebruik van de computer en het internet geïntegreerd. Geen job, geen studie, geen vrijetijdsbesteding … of je zoekt toegang tot het net en maakt gebruik van tools die een computer ter beschikking stelt.

Net omdat het allemaal zo snel gaat, is constant en correct gebruik van een computer en het wereldwijde web een aandachtspunt. In de modernisering is het dan ook een topprioriteit om leerlingen deze vaardigheden aan te leren in de schoolpraktijk.

Visie OLVI: Digi- taal is een universele taal!

Op OLVI willen wij elke leerling vaardig maken in de 21ste-eeuwse vaardigheden in het algemeen en in de ICT-vaardigheden in het bijzonder. We zetten in op digi- taal in plaats van enkel vingervlugheid met apps. Een diploma secundair onderwijs behalen, wil zeggen dat je of klaar bent om de stap naar de arbeidsmarkt te zetten of verder gaat studeren aan de hogeschool en/of de universiteit. Daar zijn deze vaardigheden onontbeerlijk. Verder passen ze eveneens in het kader van een leven lang leren.

Als schoolteam willen we garant staan dat al onze leerlingen de ‘digi-taal’ verwerven. We doen dat door enerzijds ons laptopproject – elke leerling gelijke kansen met zijn of haar eigen computer in de klas en thuis – en anderzijds integreert de leraar ICT in zijn of haar lespraktijk. In de eerste en tweede graad wordt er in het complementair gedeelte extra ingezet op ICT-vaardigheden. Zo oefent de leerling dagelijks om de competenties onder de knie te krijgen en daardoor sterk aan de start te staan van zijn of haar verdere carrière na OLVI.

Laptop en ICT integreren in de lespraktijk biedt een hele waaier aan mogelijkheden. We sommen er enkele op:

  • Gebruik van digitale woordenboeken, atlas, bijbel in de klas
  • Bronnen voor een onderzoek, vaak in de plaats van papieren bronnen
  • Gebruik van grafisch rekentoestel
  • ideaal ter aanvulling van de handboeken
  • Inzetten bij afstandsonderwijs
  • Verzamelen van de eigen bibliotheek/digitale schoolboeken/digitale werkjes/ … De zogenaamde digitale boekentas
  • Bijhouden van leerportfolio
  • Meer mogelijkheden tot differentiatie
  • Meer activerende werkvormen zoals bijvoorbeeld Flipping the classroom

klik hier om meer praktische info over ons laptopproject te lezen 

De vier ICT-vaardigheden die worden aangescherpt zijn:

Computational thinking is het procesmatig (her)formuleren van problemen op een zodanige manier dat het mogelijk wordt om met computertechnologie het probleem op te lossen. Het gaat daarbij om een verzameling van denkprocessen waarbij probleemformulering, gegevensorganisatie, -analyse en -representatie worden gebruikt voor het oplossen van problemen met behulp van ICT-technieken en -gereedschappen.

Belang voor het onderwijs

Veel van de huidige maatschappelijke en wetenschappelijke vraagstukken zijn dermate complex dat zij niet zonder de hulp van computertechnologie opgelost kunnen worden. Bij deze vraagstukken is de rekenkracht van de computer nodig om tot een oplossing te komen.

Computational thinking richt zich op de vaardigheden die essentieel zijn om problemen op te lossen waarbij veel informatie, variabelen en rekenkracht nodig zijn. Het is daarbij belangrijk om te begrijpen hoe informatie tot stand komt zodat je computersystemen kan benutten voor probleemoplossen, voor het denken in stappen en daarmee in voorwaardelijkheden voor volgorde van de benodigde gegevens. Computertechnologie gebruiken bij het zoeken naar oplossingen betekent inzicht krijgen in algoritmes (een reeks instructies om vanaf een beginpunt een bepaald doel te bereiken) en procedures (een verzameling activiteiten die in een bepaalde volgorde moet worden uitgevoerd).

ICT-basisvaardigheden zijn de kennis en vaardigheden die nodig zijn om de werking van computers en netwerken te begrijpen, om te kunnen omgaan met verschillende soorten technologieën en om de bediening, de mogelijkheden en de beperkingen van technologie te begrijpen. Het begrip computer wordt hier breed gebruikt, niet alleen als personal computer, desktop of tablet, maar elke technologie waarin een microprocessor is gebruikt die op basis van ingevoerde gegevens volgens een programma een aantal logische handelingen verricht met als uitvoer bepaalde algoritmes en tijdelijke opslag van gegevens.

Belang voor het onderwijs

Om goed te kunnen functioneren in de huidige en toekomstige samenleving is het belangrijk dat leerlingen beschikken over voldoende basiskennis om gebruik kunnen maken van verschillende vormen van technologie. Deze kennis heeft betrekking op de basisfuncties van computers en computernetwerken. Het gaat bijvoorbeeld om het kunnen benoemen, aansluiten en bedienen van apparaten waar computers in verwerkt zijn, om kunnen gaan met tekstverwerkers, spreadsheet- programma’s en presentatiesoftware, kunnen werken met internet (browsers, e-mail) en het kunnen omgaan met beveiligings- en privacyaspecten. Door middel van deze kennis leert de leerling dat een computer niet een apparaat is dat zelfstandig gegevens genereert, maar dat zij zelf invloed kunnen hebben op de gegevens, de manier waarop deze gegevens in een computer terecht komen en de manier waarop de gegevens aan een gebruiker worden getoond. ICT-basisvaardigheden zijn daarmee nodig als onderlegger voor het geheel van digitale geletterdheid.

Informatievaardigheden omvat het scherp kunnen formuleren en analyseren van informatie uit bronnen, het op basis hiervan kritisch en systematisch zoeken, selecteren, verwerken, gebruiken en verwijzen van relevante informatie en deze op bruikbaarheid en betrouwbaarheid beoordelen en evalueren. In de context van 21e-eeuwse vaardigheden gaat het hierbij vaak om digitale bronnen.

Belang voor het onderwijs

Door het digitaliseren van bronnen en de steeds betere infrastructuur van internet kan iedereen wereldwijd snel informatie publiceren. Digitale informatie neemt toe doordat iedereen kan publiceren, maar ook doordat digitale informatie vele malen sneller gekopieerd, gemanipuleerd en verspreid kan worden. De hoeveelheid digitaal beschikbare informatie neemt daardoor exponentieel toe, en het wordt daarmee moeilijker om te bepalen welke informatie betrouwbaar is. Het is daarom van belang dat leerlingen op school vertrouwd worden gemaakt met informatievaardigheden.

=het geheel van kennis, vaardigheden en mentaliteit waarmee burgers zich bewust, kritisch en actief kunnen bewegen in een complexe, veranderlijke en fundamenteel gemedialiseerde wereld”.

Belang voor het onderwijs

De verwachting is dat de samenleving steeds verder zal medialiseren. Om optimaal mee te kunnen doen in de samenleving vol media is mediawijsheid onmisbaar. Het vinden van een baan, jezelf ontwikkelen en scholen, sociale contacten onderhouden, gezond blijven en zelfs gelukkig worden: voor al deze zaken zal het steeds belangrijker worden dat mensen de mogelijkheden van nieuwe mediatoepassingen weten te benutten – en soms ook juist weten te weerstaan. Om optimaal gebruik te kunnen maken van de mogelijkheden die media bieden, zowel in het onderwijs nu, als in de mediasamenleving van straks, hebben leerlingen mediawijsheid nodig.​